Zijn oud-hollandse bloemmotieven auteursrechtelijk beschermd?
Eiser (B&B) en gedaagde in deze zaak houden zich beiden bezig met dezelfde business, het ontwerpen, bedrukken en fabriceren van stoffen. Ze zijn dus concurrenten. Maar gedaagde maakt er zich wat al te makkelijk van af door sommige producten van haar concurrent af te kijken. Kijk maar naar de plaatjes van de stoffen: B&B boven en gedaagde onder. Die hebben niet alleen veel van elkaar weg. Ze komen overeen. Was dat (auteursrechtelijke) diefstal? B&B gebruikte drie verschillende invalshoeken.
Auteursrecht, Modelrecht, Slaafse nabootsing
Aan de plaatjes te zien zou je zeggen dat het een een-tweetje was. De bloemmotieven van gedaagde zijn identiek aan die van B&B. Toch voerde B&B niet alleen aan dat gedaagde inbreuk maakte op haar auteursrecht, maar beriep zij zich ook op het modelrecht en het algemene burgerlijk recht dat iemand onder bepaalde omstandigheden verbiedt een werk slaafs na te bootsen, ook als dat werk geen auteursrechtelijk beschermd werk is.
Mate van creativiteit
Waarom zo ingewikkeld? Was het auteursrecht niet toereikend? Het ging om bloemmotieven die geinspireerd waren op bloemen in bestaande schilderijen van oude (Hollandse) meesters. Waren die vanwege hun ouderdom niet vrij van rechten? B&B had de stoffen (inclusief rechten) ingekocht van een Britse ontwerper, maar wat zei dat over het auteursrechtelijk gehalte van de werken? De hamvraag was of ze een voldoende mate van creativiteit bezaten om aanspraak te kunnen maken op auteursrechtelijke bescherming.
Openbaarmaker als rechthebbende
Het meest verstrekkende verweer van gedaagde was in de eerste plaats dat B&B helemaal geen auteursrechthebbende was omdat zij de stoffen niet zelf had gemaakt. De rechter (in kort geding) passeert dat verweer. De stoffen waren voor het eerst rechtmatig door B&B in Nederland zonder vermelding van de naam van de werkelijke maker in het verkeer gebracht. Behoudens bewijs van het tegendeel wordt dan volgens de Auteurswet de openbaarmaker als de rechthebbende beschouwd. Dat was een puntje voor B&B.
Samenstellen van selectie
Dan de vraag of de stoffen wel voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking kwamen. Waren ze het resultaat van scheppende menselijke arbeid en van creatieve keuzes? Die creatieve keuzes kunnen ook betrekking hebben op het samenstellen van een selectie van op zichzelf niet beschermde elementen. Dat geldt ook voor gebruiksvoorwerpen. Het repeterende patroon, de selectie, de kleurstelling, de vormgeving en de positionering van de bloemmotieven op de stoffen zoals door de Britse ontwerper toegepast, vereisen volgens B&B creatieve arbeid. De rechter gaat daar, bij gebreke van voldoende verweer van gedaagde, in mee.
Veroordeling
Dat de rechter vervolgens oordeelde dat er sprake was van inbreuk op het auteursrecht was natuurlijk een schot voor open doel. De andere 'wapens' konden in de kast blijven. De een-op-een gelijkenis liet daarover geen twijfel bestaan. Volgde veroordeling van gedaagde om verdere inbreuk in Nederland te staken en opgave te doen van de namen en adressen van wie zij de stoffen had ingekocht en aan wie zij deze had geleverd, inclusief de aantallen. Alles met een dwangsom van € 1000,- per overtreding en een veroordeling tot betaling van de advocaatkosten.
Namaak en inspiratie
De les voor de namaker is, dat namaken niet mag en dat daartegen niet alleen auteursrechtelijke maar ook andere wapens kunnen worden ingezet. Voor de maker (rechthebbende) is de les, dat als je de strijd aanbindt met de namaker, ervoor moet zorgen dat je de juiste middelen kiest en rekening houdt met het grijze gebied tussen namaak en (toegestane) inspiratie.
copyright foto's: onbekend